-
1 équivalent
équivalent (à) [eekievaalã]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m.〉1 gelijkwaardig (aan) ⇒ vergelijkbaar (met), overeenkomstig (met), synoniem (met)♦voorbeelden:1 un équivalent • equivalent, tegenwaarde1. m 2. adj1) gelijkwaardig (aan), overeenkomstig (met) -
2 with
prep. met; behorend tot; met behulp van; door middel van; door; uit; voor; bij ; van[ wið, wiθ]♦voorbeelden:a conversation with Jill • een gesprek met Jillcompared with Mary • vergeleken bij Maryangry with Sheila • kwaad op Sheilawith your permission • met uw toestemmingit changes with the seasons • het verandert met de seizoenenwith the sun • met de zon meesail with the wind • met de wind zeilenare you still with me? • snap je me nog?, kun je me nog volgen?come with me • kom met mij mee3 he assumed, with the author, that … • hij nam, met de auteur, aan dat …she can sing with the best of them • ze kan zingen als de bestehe worked with Bayer • hij werkte bij Bayerthis, with the books, should do • met de boeken, zou dit moeten volstaanwith the bow it looks just like new • met de strik ziet het eruit als nieuwhe came with his daughter • hij kwam met zijn dochterwith a gentle disposition • met een zacht karakterhe did it with ease • hij deed het met gemakdo business with the farmers • zaken doen met de boerenhe watched with fear • hij keek toe vol angsthe walked with his hands in his pockets • hij liep met de handen in de zakkenI like it with sauce • ik eet het graag met sausit went with great speed • het ging heel snelwhat's with him? • wat is er met hem (aan de hand)?spring is with us • het is lentepeace be with you • vrede zij met uit's all right with me • ik vind het goed/mij is het om het evenI left it with Jill • ik vertrouwde het aan (de zorgen van) Jill toethe doctor is with John • de dokter is bij Janwith Mary it always fails • bij Mary mislukt het altijd5 a nice girl, with all her faults • een lief meisje, ondanks haar gebrekenbowed down with grief • gebukt onder droefenisthey woke her with their noise • zij maakten haar wakker met hun lawaaipleased with the results • tevreden over de resultatenmix it with a spoon • meng het met een lepelfilled with water • vol watersick with worry • ziek van de zorgenwith his death all changed • met zijn dood veranderde alleshe arrived with Mary • hij kwam tegelijkertijd met Mary aanwith that he left • dit gezegd zijnde vertrok hijwhat with this, that and the other, I never finished it • met alles wat erbij kwam heb ik het nooit afgekregenaway/down with him! • weg met hem!off with you • maak dat je wegkomtit's all over with him • het is met hem afgelopenwhat's up with him? • wat heeft hij?→ be with be with/ -
3 correspondant
correspondant1 [korrespõdã],correspondante [korrespõdãt]〈m., v.〉2 handels-, zakenrelatie ⇒ handels-, zakenvriend————————correspondant2 [korrespõdã]1 overeenkomstig ⇒ (met elkaar) overeenkomend, -stemmend, (erop) betrekking hebbend1. m (f - correspondante)1) correspondent/-e2) correspondentievriend/-in3) zakenrelatie2. = correspondante; correspondantadj -
4 conforme
conforme (à) [kõform]1 overeenkomstig (met) ⇒ volgens, in overeenstemming (met) ⇒ 〈 bijvoeglijk naamwoord ook〉 gelijkvormig (aan)→ copie -
5 angemessen
-
6 analogous
adj. analoog aan, parallel[ ənæləgəs] -
7 соответствующий
geschikt, overeenkomstig metРусско-голландский словарь коммерческих терминов > соответствующий
-
8 соответствующий
geschikt, overeenkomstig metРусско-голландский словарь коммерческих терминов > соответствующий
-
9 entsprechend
entsprechend11 passend bij, in overeenstemming met2 passend, gepast3 bevoegd, gerechtigd♦voorbeelden:2 eine entsprechende Belohnung • een passende, redelijke beloning————————entsprechend2〈voorzetsel + 3〉1 overeenkomstig, in overeenstemming met♦voorbeelden:1 ihrem Wunsch entsprechend • overeenkomstig haar, hun wens -
10 rapport
rapport [raapor]〈m.〉1 verslag ⇒ rapport, verklaring3 verband ⇒ samenhang, verhouding, betrekking, gelijkenis, overeenkomst4 verhouding ⇒ verstandhouding, betrekking, relatie♦voorbeelden:quel rapport? • wat heeft dat er mee te maken?faire le rapport entre deux événements • verband leggen tussen twee gebeurtenissenje ne vois pas le rapport • ik zie het verband nietcela n'a aucun rapport avec • dat heeft niets te maken metdans le rapport de trois à un • in de verhouding van drie staat tot éénen rapport avec • in overeenstemming met, overeenkomstigêtre en rapport avec • samenhangen metpar rapport à • in vergelijking met, in verhouding tot, vergeleken metêtre sans rapport avec • in geen verband staan metsous le rapport de • wat betreftsous tous les rapports • in alle opzichtenrapports sexuels • seksuele omgangavoir des rapports tendus avec qn. • op gespannen voet staan met iemandavoir des rapports avec une femme • seksuele omgang hebben met een vrouwêtre en rapport avec qn. • met iemand in contact staanentrer, se mettre en rapport avec qn. • in contact treden met iemand→ maisonm1) verslag, rapport2) opbrengst3) verband, samenhang4) verhouding, betrekking5) vloedwater6) appel, verslag [leger] -
11 treu
-
12 same
adj. zelfde; gelijk; overeenkomstig; bovengenoemde--------adv. op dezelfde manier; gelijk; eens; dezelfde--------pron. zelfdesame1[ seem] 〈voornaamwoord; bijna altijd met the〉1 de/hetzelfde♦voorbeelden:one and the same • één en dezelfde〈 informeel〉 same again please! • schenk nog maar eens in, hetzelfde a.u.b.!they are much the same • ze lijken (vrij) sterk op elkaarit's all the same to me • het is mij om het even, het maakt me niet uit(the) same to you • insgelijks, van 't zelfde→ all all/————————same2〈bijwoord; met the, behalve soms informeel〉♦voorbeelden:he found nothing, (the) same as my own dentist • hij vond niets, net als mijn eigen tandarts————————same3〈determinator; the〉1 zelfde ⇒ gelijke, overeenkomstige♦voorbeelden:it comes/amounts to the same thing • het komt op hetzelfde neerat the same time • tegelijkertijdmuch the same problem • vrijwel hetzelfde probleem -
13 Wille
Wille〈m.; Willens, Willen〉♦voorbeelden:guten Willens sein • van goede wil zijn〈 juridisch〉 der letzte Wille • het testament, de laatste wilsbeschikkingden Willen haben etwas zu tun • voornemens zijn iets te doensoll er doch seinen Willen haben! • we zullen zijn zin maar doen!aus bösem Willen • met (boos) opzetbeim besten Willen nicht • met de beste wil van de wereld nietes steht in deinem Wille • jij hebt het in je machtnach meinem Willen • overeenkomstig mijn wensjeder nach seinem Willen • elk wat wilsohne (Wissen und) Willen seiner Eltern • zonder (medeweten en) toestemming van zijn ouderswider Willen • met tegenzinjemandem zu Willen sein • iemand ter wille zijn¶ 〈 spreekwoord〉 des Menschen Wille ist sein Himmelreich • ±ieen mens zijn zin is een mens zijn leven/i -
14 in accordance with
in overeenstemming metin accordance withovereenkomstig, in overeenstemming met -
15 in conformity with
in overeenkomst met-in conformity within overeenstemming met, overeenkomstig -
16 accordance
n. aanpassing, coördinatie; overeenkomst[ əko:dns]♦voorbeelden:¶ in accordance with • overeenkomstig, in overeenstemming met -
17 according to
naar gelang, overeenkomstig aan-[ əko:ding toe]1 volgens (het zeggen van) ⇒ naar … beweert2 volgens ⇒ naar (gelang van), in overeenstemming met♦voorbeelden: -
18 act
n. handeling; daad; akte; wet; nummer, bedrijf--------v. handelen, optreden; zich gedragen, toneelspelen, een rol spelenact1[ ækt] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 handeling ⇒ daad, werk♦voorbeelden:act of war • oorlogshandeling2 〈 Amerikaans-Engels〉 act of Congress, 〈 Brits-Engels〉act of Parliament • wet van het Congres/Parlementgo into one's act • zijn bekende grapjes uithalenput on an act • komedie spelenact of God • straffe Gods; 〈 verzekeringswezen〉overmacht, force majeure 〈 met betrekking tot natuurgeweld〉catch/take someone in the (very) act • iemand op heterdaad betrappen〈 slang〉 get one's act together • orde op zaken stellen, zijn zaakjes voor elkaar krijgensteal the act • uitbenI was in the (very) act of writing a letter • ik was net een brief aan het schrijven————————act22 handelen ⇒ optreden, iets doen6 komedie spelen ⇒ zich aanstellen, veinzen♦voorbeelden:he acts like a fool • hij gedraagt zich als een dwaas2 why don't the police act? • waarom grijpt de politie niet in?the chairman asked her to act for him • de voorzitter vroeg haar om hem te vervangen¶ Ayckbourn's plays act well • de stukken van Ayckbourn zijn goed speelbaar/bekken goedII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 uitbeelden ⇒ spelen, uitspelen♦voorbeelden:act out one's emotions • zijn gevoelens uitspelen/naar buiten brengen -
19 analog
adj. analoog - overeenkomstig, gelijksoortig (aan, met iets)--------n. een eigenschap die in een continue vorm wordt weergegeven en niet in digitale signalen→ analogue analogue/ -
20 conformity
n. conformisme1 overeenkomst ⇒ gelijkvormigheid, overeenstemming2 aanpassing ⇒ inschikkelijkheid, naleving♦voorbeelden:1 in conformity with • in overeenstemming met, overeenkomstig
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Kingdom of the Netherlands — For the country called Netherlands within the Kingdom, see Netherlands. Kingdom of the Netherlands Koninkrijk der Nederlanden (Dutch) Keninkryk fan de Nederlannen (West Frisian) … Wikipedia